Winschoten Tweede Wereldoorlog
Bevrijding van Winschoten 75 jaar geleden
Foto’s laatste gevechten van de bevrijders nabij Winschoten
Zondag 15 april 1945
bevrijding van Winschoten
-
-
- Winschoten en omstreken in de branding der bevrijding
- De terugkeer van burgemeester Romijn
- Dag der overwinning
- Kranslegging soldatengraven Zuiderveen
- Overwinningsfeest te Winschoten
- Aftocht van de Duitsers
- Straatnaamwijziging
-
Foto’s laatste gevechten van de bevrijders nabij Winschoten
Zondag 15 april 1945
bevrijding van Winschoten
Winschoten en Omstreken in de branding der bevrijding
Een geschrifte dat in beknopte vorm weer geeft de spannende gebeurtenissen in de dagen van de bevrijding.
Gedeelte uit “Winschoten en de bevrijding”:
Donderdagavond 12 april waren de Winschoters getuige van de vlucht van een groot aantal landwachters, die eerst getracht hadden zich over de grens in veiligheid te stellen, maar te Leer met de complimenten aan Mussert en consorten terug gewezen waren.
Afgezien van de – in de week gebruikelijke – nachtelijke transporten van Duits materiaal per boerenkar, verliep de nacht rustig, maar vrijdagsmorgens was er opwinding in ons stadje, toen de brandstofvoorraden der bezetters werden verdeeld en toen granaten bij de pijlers der bruggen werden aangebracht.Winschoten werd “frontlinie” toen om tien uur twee Poolse tanks rond de bocht van de Blijhamsterweg bij de speeltuin kwamen, enige huizen bij de Steenfabriek Oostelijk Groningen in brand schoten en aldus de gevechtshandelingen openden. De Duitsers, die ‘s morgens in de vroegte wat licht geschut bij Winschoter Hoogebrug hadden opgesteld, vormden hier een front dat de geallieerden twee dagen zou ophouden. Bovendien hadden zij geschut opgesteld aan de Beertsterweg en mitrailleurnesten gemaakt te Zuiderveen, zodat Winschoten niet zonder meer in geallieerde handen zou vallen. Een eerste artillerieduel ontwikkelde zich op vrijdagmiddag, waarbij de granaten over Winschoten gierden. Ook vrijdagavond meenden de oorlogsvoerenden aldus de krachten te moeten meten. Helaas is dit noodlottig geworden voor enige bewoners van het voorste deel van Zuiderveen en het achtereind van Sint Vitusholt, doordat daar enige huizen door granaatvuur werden getroffen en gedeeltelijk vernield, terwijl daarbij een paar doden en gewonden vielen te betreuren. Het bombardement, waardoor ook het schoolgebouw en de woning van het hoofd der school in het Sint Vitusholt nogal gehavend werden, was zeer hevig en men mag aannemen, dat het merendeel der Winschoter ingezetenen wel zijn toevlucht zal hebben gezocht in de kelders. Het was een nacht vol angstige spanning.
Ook op zaterdag 14 april duurde het oorlogsgeweld nog voort. De Duitsers hadden een paar stukken geschut in het land geplaatst ter weerszijden van de Blijhamsterweg tussen Winschoten en Hoogebrug en er werd bijna onafgebroken de gehele dag het geknal der schoten gehoord. Intussen kon men van hier uit zien, dat te Oude Pekela de nationale driekleur was gehesen ten teken van de bevrijding en vernam men tevens dat er Poolse troepen opgerukt waren naar de brug te Zuiderveen en eveneens naar de Hoogebrug. Toch bleef de verwachte stormaanval op Winschoten uit en naar men later vernam was dit een gevolg van het feit, dat de geallieerden dachten, dat Winschoten nog een sterke bezetting Duitse troepen had. In de late namiddag van zaterdag echter gebeurde het onverwachte en meest sensationele feit van deze fel bewogen oorlogsdagen. Plotseling verscheen er een 12-tal geallieerde vliegtuigen die met bommen en machinegeweervuur de Duitse stellingen aanvielen. Deze hevige luchtaanval leverde voor hen, die niet in de kelder waren gevlucht, een onvergetelijke en imposant schouwspel op. En het resultaat was wel buitengewoon verblijdend. Niet alleen werd het Duitse geschut tot zwijgen gebracht, maar al spoedig sloegen de Duitse troepen die nog in Winschoten waren in wanorde op de vlucht. Velen op van de burgers geroofde rijwielen, anderen met paarden en wagens, die zij zich hadden toegeëigend, voorts een verwarde stoet van ijlings te voet wegvluchtende soldaten. Het was in één woord een wanordelijke vlucht, waarbij het lawaai, commandogeschreeuw en wapengekletter geaccompagneerd werd door het voortdurend geblaf van het Poolse tankgeschut.
In het duister van de avond trokken ook de laatste Duitsers uit Winschoten weg, maar ze deden dit niet dan nadat ze nog eerst hun brandstichterslusten hadden botgevierd door de rode haan te laten kraaien op de kapitale herenbehuizing van den heer Diekman bij de Posttil, de loodsen en het kantoorgebouw van de fa. E. Post en het Shellgebouw aan de Nieuwe Haven.
De nacht van zaterdag op zondag bracht menigeen nog slapeloze uren, doordat de aftocht der Duitsers gepaard ging met veel geraas, de lucht rood was van de branden en bijna ononderbroken het geluid van het tankgeschut en het gefluit der granaten voortduurde en pas tegen de morgen verstomde.
Een korte stilte die de Bevrijdingsdag, Zondag 15 april, een korte wijding gaf. Een dag ook die begon met kletterende regenvlagen – na het schone lenteweder dat de dagen en nachten tevoren had gekroond. Al vroeg verspreidde zich als een lopend vuurtje door de stad het gerucht, dat de Duitse onderdrukkers thans voorgoed de benen hadden genomen. Men verwachtte nu een spoedige intocht der bevrijders en ondanks de stromende regen trokken velen er op uit in de richting van Zuiderveen en Hoogebrug om de Polen met gejuich binnen te halen. Toch werd veler geduld nog op een zware proef gesteld, want voordat de bevrijders naar hier oprukten moesten nog enige obstakels worden opgeruimd en moest het tankgeschut zich nog even flink laten horen om te peilen of de vijand inderdaad de benen genomen had.
De geestdrift begon zich eerst recht goed te uiten toen tegen de middag de zolang verwachte Poolse bevrijders binnenkwamen. Eerst een aantal gepantserde gevechtswagens en motorrijders, later gevolgd door de lichte en zware tanks. Met uitbundig gejuich werden de bevrijders begroet en er is zelden in Winschoten groter geestdrift tot uiting gekomen dan op de gedenkwaardige 15 april, waarbij zelfs de glorierijkste dagen van onze schoonste Oranjefeesten in de schaduw werden gesteld. In de stad was de stemming als bij toverslag omgeslagen. De vlaggen vlogen de huizen uit en weldra ook wapperden van de toren de vaderlandse driekleur en het oranjedundoek – ook het Stadhuis werd in feestgewaad en vlaggetooi gestoken – en ieder tooide zich met de geliefde kleuren van ons Oranjehuis. Er brak een echte, geestdriftige feeststemming los, die verhoogd werd door de onbeschrijfelijke vreugde over de bevrijding van de zware Duitse druk, die zolang onze vreugde in banden hield geslagen. Het duurde niet lang of er ontstond een waar verbroederingsfeest tussen de Poolse bevrijders en de Winschoter jeugd en overal zag men aardige toneeltjes waarbij de Polen het middelpunt vormden van een schare jongeren en ouderen en waarbij de talenkwestie blijkbaar geen rol van betekenis speelde. De voertuigen der Poolse bevrijders werden van vleiende opschriften voorzien en zij zelf werden op overstelpende wijze gehuldigd. Ook de Canadezen die later de Polen kwamen vervangen, mochten zich in de bijzondere sympathie der Winschoter ingezetenen verheugen.
Al heel spoedig na de aftocht der Duitsers kwam de Ordedienst in werking. Onder leiding van dr. J.H. Hommes, de plaatselijke commandant der binnenlandse strijdkrachten, namen de “Ondergrondsen” dadelijk de handhaving van de orde en de rust ter hand, werden onmiddellijk de N.S.B.ers en de andere landverraders opgehaald en in verzekerde bewaring gesteld en in samenwerking met inmiddels ook verschenen hogere “Militaire Gezag” werden de nodige maatregelen genomen om het openbare leven in rustige banen te houden, alle diensten te laten functioneren en de bevrijdingsvreugde te behoeden voor al te hevige uitbarstingen. Er is daardoor in die dagen voortreffelijk werk verricht.
De vreugde over de bevrijders bleef zich nog dagen achtereen op allerlei wijze uiten. Langer dan een maand bleef Winschoten gestoken in het veelkleurig feestgewaad van vlaggen en versieringen, in tal van straten en buurten werden z.g. buurtfeesten georganiseerd en de vreugdevolle stemming bleef maar voortduren en ware niet tenslotte van meerdere zijden het parool gegeven tot de orde van de dag terug te keren, misschien dat de feestroes nog geen einde had genomen. Er waren tal van hooggestemde momenten in het leven van Winschoten in die eerste dagen. Daartoe behoorde ook de terugkomst van de burgemeester, mr. A.J. Romijn, en de hartelijke begroeting die hem door de bevolking werd bereid.
Behalve in allerlei feestelijkheden heeft de vreugde over de bevrijding zich ook op treffende wijze geuit in de druk bezochte dankdiensten die in de verschillende kerken werden gehouden.
De terugkeer van burgemeester Romijn
Een enthousiast ontvangst dinsdagmiddag 1 mei 1945
Dat dit zo spoedig zou geschieden, was niet verwacht, want het was aan ingewijden wel bekend, dat onze burgemeester niet in het bevrijde deel van Nederland was. Het bericht van zijn terugkeer kwam dan ook uit Stavoren, vanwaar hij dinsdagmorgen op weg was naar Leeuwarden.
Onze Pl. Commandant Dr. Hommes vertrok kort na de middag met een auto naar Leeuwarden om burgemeester Romijn naar Winschoten terug te halen en om half zeven deed hij na lange tijd van afwezigheid voor het eerst weer zijn intrede in het Stadhuis. Vrijwel onopgemerkt geschiedde dit korte bezoek, maar er waren inmiddels reeds maatregelen genomen om de officiële terugkeer van den burgemeester een feestelijk karakter te geven.
Dit drong ook spoedig tot de bevolking door en na acht uur werd de drukte in de Langestraat, speciaal natuurlijk in de omgeving van het Stadhuis, groter en groter. Om half negen werd burgemeester Romijn door een auto naar het Stadhuis gebracht, waar een mensenzee op hem wachtte en hem een hartelijke ovatie bracht.
Kort voor negen uur verscheen de burgemeester even op het bordes van het Stadhuis om zijn ingezetenen te begroeten en te verzoeken nog even geduld uit te oefenen, daar een muziekcorps zou komen om aan dit gedenkwaardig ogenblik luister bij te zetten.
Het Wilhelmus gezongen
Om negen uur stelde het Muziekcorps van het Leger des Heils zich voor het Stadhuis op. Op het bordes kwam burgemeester Romijn met de vertegenwoordiger van het Militair Gezag, majoor Boogerd, verder de waarnemende burgemeester E. H. Robertus, Pl. Cdt. dr. Hommes, distr. comm. Wiersema. Een daverend gejuich klonk door de straat, dat echter verstomde toen het muziekcorps het aloude Wilhelmus inzette. Krachtig en geestdriftig werd het dierbaar Volkslied meegezongen, hoewel bij velen in dit treffend ogenblik de ontroering een prop in de keel deed komen. Op het Wilhelmus volgde het Engelsche volkslied „God save the King”.
Namens het Militair Gezag sprak majoor Boogerd een kort woord van welkom tot burgemeester Romijn. Veel zou hij niet zeggen, maar hij wilde een enkele vergelijking maken. Enkele dagen geleden is hij ook getuige geweest van de terugkeer van een burgemeester in deze stad. Ook toen waren er veel mensen ter begroeting, maar de aandoeningen waren van anderen aard. Nu is er vreugde en enthousiasme omdat allen weten dat een man is teruggekeerd die zal werken en helpen aan de opbouw van een nieuw Nederland. Thans is de spreker er van overtuigd, dat Win-schoten daarbij geen slecht figuur zal slaan. Nogmaals bood hij Mr. Romijn zijn hartelijke gelukwensen aan.
Burgemeester Romijn bracht in de eerste plaats dank aan majoor Mr. Boogerd voor zijn hartelijke woorden. Toen burgemeester Romijn indertijd uit zijn ambt is ontzet, geschiedde dat door vreemde autoriteiten en niet in publieke gelegenheid. Met wrange gevoelens ontving burgemeester Romijn het telefonisch bericht van het Provinciehuis in Groningen dat hij enkele dagen tevoren als burgemeester was ontslagen en daarvan nog wel schriftelijk bericht zou krijgen. Maar burgemeester Romijn is volkomen bevredigd nu hij van majoor Boogerd heeft vernomen dat hij hier weer staat als burgemeester en diens hartelijke woorden zullen hem onvergetelijk bijblijven.
Dag der Overwinning dinsdag 8 mei 1945
De oorlog in Europa is ten einde, de capitulatie van Duitsland heeft zich voltrokken en de overwinning van de geallieerden is volledig geworden.
De historische plechtigheid van de ondertekening van het capitulatieverdrag vond maandagmorgen 7 mei om 2.41 uur Franse tijd plaats, in een schoolgebouw in de omgeving van Reims, waar het hoofdkwartier van generaal Eisenhouwer was gevestigd. Het document werd namens de geallieerden ondertekend door generaal Bidell Smith, een Franse en een Russische generaal en voor de Duitsers ondertekende de nieuwe chef van staf van het Duitse leger General-Oberst Jodl.
Op dinsdag 8 mei 1945 werd de Dag der Overwinning in Winschoten gevierd. ‘s Morgens werd aan enkele Winschoters opdracht gegeven een feestprogramma samen te stellen. Aan alle werkgevers werd verzocht hun zaken te sluiten en ‘s middags werden saluutschoten door Canadese bevrijders achter het wandelbos bij het Gasthuis gelost ter inleiding van het feest der overwinning. Daarna maakte Leger des Heils een muzikale rondgang door de stad en op het Marktplein voor graanhandel Wolthuis werd een kring afgebakend waar de walsen, step en foxtrot werden gedanst.
Tegen vier uur verscheen burgemeester Romijn met zijn echtgenote in het pakhuis van firma Wolthuis en werd daar ontvangen door het feestcomité.
De burgemeester gaf in zijn rede tot zijn ingezetenen uiting aan zijn dankbaarheid te kunnen spreken nu er weer vrede is in Europa. Hij herinnerde aan de diepe wonden die de oorlog geslagen heeft en aan de plicht die op ons rust om leed te verzachten in die gezinnen waar slachtoffers zijn gevallen. ‘s Avonds werd de Dag der Overwinning besloten met een vuurwerk.
Kranslegging soldatengraven Zuiderveen
Te Winschoter Zuiderveen, op luttele afstand van het einde van de Garst zijn achttien graven van gesneuvelde Canadezen. Jonge mensen, die ver van hun land, in de strijd tegen nazi-Duitsland, hun leven lieten toen het einde van de oorlog in zicht was, in een land dat hen zo gaarne, met hun makkers, als bevrijders had begroet.
Twee jonge bewoners van Winschoter Zuiderveen, J. T. de Ruiter en W. Staal, namen het initiatief om de verzorging en bewaking van deze graven over te nemen en ze vonden bij de gehele omgeving grote instemming. Er werd een collecte gehouden en er werd in de eerste plaats besloten tot een daad van piëteit; een kranslegging op Hemelvaartsdag 10 mei 1945.
Bij deze kranslegging waren vertegenwoordigd een officier van het Canadese leger, de Town majoor, de militaire commandant majoor Boogerd, de burgemeester van Winschoten, meerdere officieren van de Binnenlandse Strijdkrachten.
Burgemeester Mr. Romijn sprak een kort woord, waarbij hij er op wees, dat de oorlog in Nederland vele offers heeft gevraagd. Hij richtte woorden van dank aan onze bevrijders en huldigde met treffende woorden de gesneuvelde mannen. Hij merkte op hoe het initiatief van twee jonge mannen grote weerklank had gevonden bij de buurtschap en dat het de bedoeling is de Hemelvaartsdag tot een permanente dag te maken om deze doden te eren.
In het Engels richtte spreker zich tot den Canadese officier, wie hij de verzekering gaf, dat de bevolking zorg zal dragen voor dit kleine kerkhof en de herinnering aan de gesneuvelden zal bewaren.
Burgemeester Romijn legde vervolgens twee fraaie kransen op de graven, waarna het Muziekcorps van het Leger des Heils achtereenvolgens het Canadese, het Engelse en het Nederlandse Volkslied speelde.
Het ligt in de bedoeling om, als dit kleine kerkhof hier zal blijven, van de zijde der bewoners van Zuiderveen een passend gedenkteken te plaatsen.
Overwinningsfeest te Winschoten, zaterdag 12 mei 1945
Winschoten vierde op zaterdag 12 mei 1945 het bevrijdingsfeest, div. buurtverenigingen vormden een feestcommissie. Men organiseerde voor schoolkinderen op zaterdagmiddag een optocht. De kinderen verzamelden zich ‘s middags om half twee bij de div. scholen en vertrokken, begeleid door enkele tamboers, naar het Marktplein. Achter de kerk werden de kinderen opgesteld. Duizenden mensen waren aanwezig, waaronder de officiële gasten, Town-Mayor met zijn staf, burgemeester Romijn met zijn echtgenote en verschillende hoofden van dienst, dr. Hommes met zijn B.S. mensen en leden van de organiserende commissie. Voordat de optocht aanving, vond er een samenzang van de schoolkinderen plaats onder leiding van drs. H. v.d. Vis.
De optocht door de stad ging vanaf het Marktplein, Marktstraat, Engelsestraat, Blijhamsterstraat, Liefkensstraat, voorbij de Raad van Arbeid, Garstestraat, Watertorenstraat, Pottebakkerstraat, Gasthuislaan, Engelstilstraat, Langestraat, Torenstraat, Blijhamsterstraat, Marktplein.
Bij terugkeer op de Markt volgde een tractatie. Voor ieder kind een kop of beker limonade, een paar koekjes en twee oliebollen (de koks van “Irene” waren de hele nacht bezig geweest om meer dan 5000 oliebollen te bakken).
Zaterdagavond organiseerde men een gekostumeerde optocht, waarvoor deelneming vrij was. In verband met het formeren van de stoet moesten de deelnemers zich voor zaterdag 5 uur op- geven bij dhr. H.J. Welp, Wilhelminasingel 26. De deelnemers dienden zich ‘s avonds tussen 7 en 8 op te stellen op het Marktplein. Om 8 uur vertrok de optocht, met niet minder dan 42 versierde wagens en vele groepen.
De route van de optocht was: Marktplein, Schönfeldplein, Schönfeldsingel, Gassingel, Langestraat (op het bordes van Hotel Dommering-Wissemann was een “ere-loge” geimproviseerd. Hierop hadden de volgende personen plaats genomen: De Town-Mayor en zijn staf, majoor Boogard en zijn staf, burgemeester Romijn en dr. Hommes en zijn B.S. mannen), Torenstraat, Vissersdijk, Venne, Bosstraat, Raad van Arbeid, Burg. Venemastraat, Emmastraat, Stationsweg, Wilhelminasingel, Beertsterstraat, Kerkstraat, Marktplein.
Onder de deelnemers bevonden zich o.a. muziekkorpsen, de brandweer, de spoorwegen, het gymnasium, de Winschoter Courant, div. wagens met bespottingen der Duitsers, dankbaarheid voor de bevrijders en bevrijding, liefde voor de Koningin en het Huis van Oranje en het draaiorgeltje van het Rode Kruis, die tevens een bedrag van f 1600.– collecteerden.
Het officiële slot van de feestelijkheden was de ontsteking van Bengaals vuur vanaf de transen van de toren.
Aftocht van de Duitsers
Zaterdag 2 juni en zondag 3 juni 1945 kon het publiek van Winschoten en omgeving getuige zijn van de aftocht van lange colonnes Duitse krijgsgevangenen. Ze kwamen van het westen om naar Duitsland te worden teruggebracht, onder leiding van hun commandanten en onder bewaking van de geallieerde troepen. De aanblik die deze aftocht opleverde zal bij menigeen nog lang in herinnering blijven: het was de armelijke aanblik van een geslagen leger.
Onwillekeurig werden veler gedachten er door teruggevoerd naar vijf jaren geleden, toen de Duitse horden hier onze vreedzame gebieden binnenvielen met een geweldig gemotoriseerde troepenmacht, toen de straten dreunden van de stap der soldaten en daverden van het zware oorlogstuig, toen over onze hoofden de Duitse vliegtuigen raasden om aldus dood en ellende uit te storten over ons volk.
Ze kwamen met vertoon van kracht en het geweld en de onderdrukking. ja zelfs vreselijke terreur volgde hen op hun schreden.
Ze gaan terug met moede schreden, velen strompelend, als verslagenen — voor ons als het slotbedrijf van Neerlands bevrijding.
Tijdens de Tweede Wereld oorlog moeten enkele straatnamen worden gewijzigd
In januari 1942 hadden alle gemeentebesturen een schrijven ontvangen van de Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandse gebied, dat als volgt luidt:
namen van levende leden van het Koningshuis, een anderen naam zullen krijgen.
De volgende namen mogen bij de aanduidingen niet meer worden gebruikt:
a. Wilhelmina of Koningin Wilhelmina
b. Juliana of Prinses Juliana
c. Beatrix of Prinses Beatrix
d. Irene of Prinses Irene
e. Bernard zur Lippe Biesterfeld of Prins Bernard of Bernard.
Dit besluit moet terstond ten uitvoer worden gebracht.
De burgemeesters moeten onverwijld een lijst van de te veranderen namen indienen bij de Commissaris der provincie. Op 5 februari 1942 voldoet de burgemeester van Winschoten – onder het schrijven is gestempeld: (get.) A.J. Romijn – aan het verzoek: Wilhelminastraat wordt Willemstraat: Wilhelminasingel wordt Willemsingel; Julianastraat wordt Prinsessestraat. De laatste naam wordt echter niet geaccepteerd. De Beauftragte van den Rijkscommissaris voor de provincie Groningen stelt voor, “voor de benaming van deze straat de naam van een Nederlander van betekenis, b.v. een bekende admiraal”, te kiezen.
Winschoten stelt nu voor de Julianastraat te noemen: H.J. Phaffstraat, naar een oud-wethouder. Daarmee kan men akkoord gaan.
Na de oorlog hebben de straten zonder voorafgaand raadsbesluit weer hun oorspronkelijke namen gekregen.